Je hart is de pomp van het lichaam. Het pompt bloed rond, door de longen, waarna het bloed verzadigd raakt met zuurstof. Daarna komt het weer in het hart, waarna het door het lichaam gepompt wordt om de rest van het lichaam van zuurstof te voorzien. Als je gaat sporten heeft je lichaam meer zuurstof nodig, dus gaat je hart sneller kloppen. Maar hoe snel is nog gezond?

In het hart zit de zogenaamde sinusknoop. Dat is een bundel cellen die 70 tot 80 keer per minuut een elektrische ontlading geeft. De ontlading schiet eerst door de boezems, die daarop samentrekken (contraheren) en het bloed in de hartkamers persen. Ondertussen schiet de ontlading na een vertraging door naar de kamers, en daarop trekken de kamers samen. Het bloed wordt nu de longslagader en de aorta ingepompt.

Het hart klopt vanzelf

Het hart klopt uit zichzelf: als je het hart uit het lichaam haalt en ontdoet van alle invloeden door zenuwen en hormonen, klopt het ongeveer 100 keer per minuut. Dit komt omdat de eerdergenoemde sinusknoop spontaan ontlaadt. Als het hart gewoon in het lichaam zit, klopt het rond de 70 keer per minuut.

Te snel of te langzaam?

Je hart kan sneller kloppen, dit komt doordat het dan aangejaagd wordt door een zenuw (orthosympathisch zenuwstelsel), bijvoorbeeld als je je opmaakt voor de 100 meter sprint, of verliefd bent. Een hartslag hoger dan 100 slagen per minuut noemt men tachycardie. Omgekeerd: een hartslag lager dan 60 slagen per minuut noemt men een bradycardie. Een bekend voorbeeld van een bradycardie is het sportershart. Sporters hebben een hartritme van soms wel 40 slagen per minuut.
Tachycardie kan gevaarlijk zijn. Bij een hartslag van 200+ krijgt het bloed niet genoeg tijd om in het hart te stromen. Dan contraheert het hart zonder dat er bloed uitgepompt wordt, en krijgt de persoon een zuurstofgebrek.

Hartfibrillatie

Bij hartfibrilleren klopt het hart ontzettend snel, wel 350 keer per minuut. Dit zijn echter geen effectieve contracties. Stel je het kloppend hart voor als een balletje in je vuist dat je krachtig fijn perst. Om een hartfibrillatie na te doen hoef je alleen met je vingers het balletje een paar millimeter in te drukken.
Hoewel het hart dus heel snel klopt, wordt er geen bloed rondgepompt, ook hier krijgt de patiënt uiteindelijk zuurstoftekort.

Nick Vollebergh